
Loods 409, is een loods van 4 000 vierkante meter, tussen de Vredebaan in Mortsel en de Fort V straat in Edegem. Hier werden ooit de meest luxueuze auto’s ter wereld gemaakt, er vond een dramatisch bombardement plaats tijdens Wereldoorlog II en Agfa-Gevaert groeide van hier uit tot een multinational. Ontdek de geschiedenis van loods 409 in dit artikel.
Een kleine 100 jaar geleden, in 1924, opende autoproducent Minerva een prestigieuze fabriek op het terrein van loods 409 om luxewagens te produceren. Op dat moment was Minerva een automerk van wereldniveau, te vergelijken met Rolls-Royce. In die tijd werkten er meer dan 6 500 arbeiders uit Mortsel en omgeving in de fabriek die de wagens met de hand maakten. Minerva was het belangrijkste automerk dat Antwerpen ooit gekend heeft. Tot vandaag worden originele Minerva wagens aan grote bedragen geveild.

Op 24 oktober 1929 crashte de beurs van New York en dat deed de vraag naar luxewagens fel verminderen. In 1934 ging Minerva ten onder aan de economische recessie, maar het bedrijf bleef wel bestaan na een fusie met een ander Belgisch automerk, Imperia.
Tijdens Wereldoorlog II lieten de Duitse bezetters al snel hun oog vallen op de autofabriek. Ze werd omgedoopt tot de “Frontreparaturbetrieb Erla VII” waar de Duitsers vliegtuigonderdelen voor de Luftwaffe gingen produceren en onderhouden. De fabriek werd zo een interessant doelwit voor de geallieerden om de Duitsers te verzwakken.

Maar daar ging het gruwelijk mis. De geallieerden, onder leiding van de Amerikanen, wilden de Erla fabriek bombarderen op 5 april 1943, maar misten voor een groot deel hun doel. Slechts enkele van de 600 bommen raakten de Erla fabriek, waar 307 mensen omkwamen. Maar de meeste bommen vielen op Mortsel dorp. Er vielen in totaal 936 doden, dat maakte van dit bombardement het zwaarste bombardement ooit in de Benelux. De meeste slachtoffers vielen in de wijk Mortsel Oude God. 4 scholen werden geraakt: Sint-Lutgardis, Sint-Vincentius, Les Abeilles en de gemeentelijke jongensschool Guido Gezelle. In totaal verloren 207 kinderen jonger dan 15 het leven tijdens het bombardement.
De piloten werden gehinderd door Duitse luchtaanvallen, wat precisie bemoeilijkte, het was geweten dat de fabriek in dichtbevolkt woongebied lag, maar toch werd de aanval verdergezet. Excuses kregen de inwoners van Mortsel niet.
Jarenlang droeg Mortsel dit zware verlies in stilte. In 2008 organiseerde de Stad Mortsel het project ‘De laatste getuigen’. Leerlingen uit het secundair onderwijs interviewden overlevenden van de bombardementen. Zij waren vaak zelf nog een kind op het moment van de gebeurtenissen en deden soms nog maar voor de eerste keer in hun leven hun verhaal. De getuigenissen werden gebundeld in het boek Tranen over Mortsel van Pieter Serrien.

Na de oorlog kwamen de fabrieksterreinen in handen van de fotofabriek Gevaert. Na de fusie met Agfa werd Agfa-Gevaert één van de grootste werkgevers in de zuidelijke gemeenten van Antwerpen. We willen bij de ontwikkeling van loods 409 een plek geven aan de geschiedenis die met deze plek verbonden is.
Bronnen: https://5april1943.be/ – https://www.vrt.be/vrtnws/nl/2020/07/07/de-936-oorlogsdoden-waarover-gezwegen-moest-worden/ – https://nl.wikipedia.org/wiki/Bombardement_op_Mortsel – https://nl.wikipedia.org/wiki/Minerva_(Belgisch_bedrijf)